Kennis is het kennen van hetgeen dat men wil beseffen, stilstaand bij de werkelijke eigenschappen en betekenissen daarvan.

Kennis wordt ook: ‘weten’ genoemd; als men namelijk iets weet dan heeft hij er kennis over1.

Begrip is een niveau hoger dan kennis:

Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa zegt: 

“En Wij deden Sulaymaan (de zaak) begrijpen. En aan ieder van hen gaven Wij wijsheid en kennis.”
(Aayah: 21/79).

Allaah heeft begrip op een hoger niveau dan kennis geplaatst; het wordt namelijk met kennis inbegrepen, en heeft een hoger niveau dan kennis.

Fiqh “leer, wetenschap” heeft een nog hoger niveau dan begrip, omdat het –naast begrip- het beseffen is van de doelstelling van de spreker en de bedoeling van zijn woorden.

Allaah heeft de hypocrieten ter schande gelegd om hun onbegrip en het niet beseffen van de betekenissen en de bedoelingen van de woorden:

 “Zij bezitten harten waarmee zij niet begrijpen.”

(Aayah: 7/179).

2

De kennis die bedoeld wordt in de uitspraak van de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam: “het vergaren van kennis is een verplichting voor elk moslim“

En de uitspraak van hem salla-llaahu 3alayhi wa-sallam:

“Voorwaar, de profeten hebben geen Dienaar en Dirham nagelaten, zij hebben slechts kennis nagelaten; wie het neemt heeft een overvloedig2 fortuin3 genomen”:

Is de islamitische kennis; en dat is de kennis die Allaah naar Zijn Boodschapper salla-llaahu 3alayhi wa-sallamheeft neergezonden bestaande uit de twee eerbare openbaringen, namelijk: de Qur’aan, en de Sunnah.

Deze soort van kennis is een verplichting voor elke moslim zodat men te weten komt wat hem is verplicht aan het verrichten van goede daden, zoals het gebed, het vasten enzovoort.

3

De kennis van het wereldse daarentegen, bestaande uit: industrie, landbouw, handel, enz…, enz…, is namelijk slechts verplicht voor een aantal moslims die aan de behoeftes voldoen van de rest van het islamitische volk betreffende deze zaken.

Deze opvatting is te leiden uit de uitspraak van de profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam: “Jullie hebben meer kennis over jullie wereldse zaken.“

4

Kennis is één van de meest nobele goede daden, en één van de meest geweldige aanbiddingen waarmee de dienaar toenadering zoekt tot zijn heer de Heilige.

Echter is het een soort strijd op de weg van Allaah; zoals Allaah de Geweldige de Glorierijke over de Qur’aan in de Qur’aan heeft gezegd:

“en strijd tegen hen er mee (met de Qur’aan) in een grote strijd.”
(Aayah: 25/52).

Deze strijd – met kennis – zorgt er voor dat het verschil tussen degene die kennis bezit en de anderen zeer en zeer groot is, zoals Allaah de Heilige zegt:

“Zeg: “Zijn degenen die kennis hebben gelijk aan degenen die geen kennis hebben?” (Aayah: 39/9).

De geleerden zeiden4“Degene die kennis heeft is niet gelijk aan degene die geen kennis heeft; zoals dat de levende en dode niet gelijk zijn, en de horende en de dove, en de ziende en de blinde ook niet. Kennis is het licht waarmee de mens wordt geleid. Ook treedt men daarmee uit de duisternis naar het licht. Met kennis verhoogt Allaah het niveau van wie Hij wil van Zijn schepselen. Allaah subhaanahu wa-ta3aalaazegt:

“Allaah zal degenen onder jullie die geloven en degenen aan wie kennis is gegeven in rang verheffen.”(Aayah: 58/11).

En daarom zien we dat de geleerden degenen zijn die geprezen worden, telkens als zij genoemd worden prijzen de mensen hen. Dat is voor hen een verheffing in het wereldse, maar in het hiernamaals zullen zij in niveaus verheven worden naar aanleiding van wat zij aan oproep voor Allaah verricht hebben, en de praktisering van hun kennis.”

5

Kennis is de basis van alle daden, beginnend bij a-Ttawhied (monotheïsme) en al-3aqiedah (het geloof):

Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa zegt:

“Weet dat er geen god is behalve Allaah en vraag om vergeving voor jouw zonden.” (Aayah: 47/19).

Het omvat zelfs alle daden, zoals de Profeet  salla-llaahu 3alayhi wa-sallam zei: “De daden worden naar intentie beoordeeld5“.

Dus, wie onwetend is –geen kennis heeft- zal zijn intentie niet kunnen beheersen, haar verplichtingen en haar soorten niet kennen.

Degene die geen kennis heeft zal dus:

Niet in staat zijn om hetgeen te verrichten wat uit de Tawhied van Allaah aan verplichtingen voortvloeit, op de wijze die Allaah – geweldig is Zijn grootheid –  wil.

Tevens is hij niet in staat zijn gebed te verrichten op de manier waarop de Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallamzijn gebed verrichtte; en die zei: Bidt zoals jullie mij hebben zien bidden..“

Ook is hij niet is staat om de Zakaah te geven zoals de Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallamons geleerd heeft.

Ook is hij niet in staat om de bedevaart (al-Hadj) te verrichten, zoals de Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallam zijn bedevaart heeft verricht; en die zei: “Neemt van mij de rituelen6 (van al-Hadj) “.

6

En voor degene die kennis vergaart zijn er belangrijke gedragsregels waar hij zich aan moet houden; enkele van deze gedragsregels zijn:

De zuivering van de intentie omwille van Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa:

Zoals Allaah de Heilige heeft gezegd:

“Zij warden niets anders bevolen dan Allaah met zuivere aanbidding te aanbidden” (Aayah: 98/5).

De intentie om bij zichzelf en bij de anderen onwetendheid weg te nemen:

Zoals Allaah de Heilige heeft gezegd:

“En Allaah bracht jullie uit de buiken van jullie moeders voort terwijl jullie niets wisten” (Aayah: 16/78).

Wie de intentie heeft om de onwetendheid bij zichzelf en de anderen weg te nemen behoort tot de cirkel van het vergaren van kennis en de leer van de religie.

Als men dan kennis bezit en één van de geleerden is geworden, zal zijn kennis over zijn Heer de Heilige bij hem ontzag voor Hem doen veroorzaken. Ook zal het de angst van Zijn bestraffing en het verrichten van daden van gehoorzaamheid doen veroorzaken. Hij zal dan één van degenen zijn die het meest ontzag7 hebben voorAllaah de Heilige:

Allaah de Heilige zegt:

“Voorwaar, het zijn slechts de bezitters van kennis onder Zijn dienaren die Allaah vrezen.” (Aayah: 35/28).

He praktiseren van de kennis:

De kennis is namelijk de boom en haar vrucht is de praktisering.

Deze kennis omvat namelijk de geloofsleer, de aanbiddingen, de moraliteit8, gedragscodes en de algemene handelingen.

De Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallamheeft namelijk gezegd: “De Qur’aan is een excuus voor jou, of tegen jou”.

Een excuus voor jou: Als je handelt naar zijn wijze en bevel.

Een excuus tegen jou: Als je er niet naar handelt en niet volgens zijn bevelen geleid wordt.

Het oproepen tot Allaah Verheven zij Hij:

Het is namelijk één van de beste en meest geweldige wetenschappen:

Allaah de Heilige heeft gezegd:

“En wiens woord is beter dan dat van hem die oproept tot Allaah en die goede werken verricht, en die zegt: “Voorwaar, ik behoor tot de moslims.” (Aayah: 41/33).

“Zeg: “Dit is mijn weg, ik en degenen die mij volgen roepen op tot Allaah met inzicht.” (Aayah: 12/108).

Inzicht (betekent in dit verband) kennis.

En de meest geweldige daarvan is kennis van het Boek (de Qur’aan) en de Sunnah, zoals de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallamzei: “Ik heb onder jullie twee zaken achtergelaten, voorzeker, jullie zullen niet dwalen, zolang jullie je aan beiden vastklampen: het Boek van Allaah en mijn Sunnah.”

7

Ook moet degene die kennis vergaart zichzelf sieren door middel van een aantal ethieken9 jegens zijn leraar en of meester. Sommige daarvan zijn:

-dat hij geduld uitoefent tijdens het leren bij zijn leraar:

Dit kan uitgeoefend worden middels het doorzetten van de studie, niet erdoor verveeld te geraken, er geen afstand van te nemen en de verveling niet een weg te laten banen naar zijn ziel of verstand.

De leerling kan deze zaak niet voltooien, behalve wanneer hij in beginsel geduld jegens zijn leraar uitoefent, en niet moedeloos wordt om door hem bevoordeeld te worden of van hem te profiteren.

De Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallamzegt: “…en al wie zichzelf tot geduld dwingt, Allaah zal hem geduld geven.”

-respect  en waardering jegens de leraar

De Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam heeft gezegd: “Hij behoort niet tot ons; al wie niet met onze jongere barmhartig is en onze oudere niet respecteert en het recht van onze geleerde niet kent.”

De onderwijzende leerkracht bezit normaliter deze beide eigenschappen:

De hoge leeftijd en de breedte van kennis

Zodoende heeft hij het recht gerespecteerd te worden en is men verplicht hem dit recht te geven.

8

Het vergaren van kennis heeft een aantal redenen die het mogelijk maken. Tot de belangrijkste daarvan behoren:

1.Taqwaa jegens Allaah:

Dat is dat de dienaar tussen zichzelf en de toorn en ontevredenheid van zijn Heer een bescherming plaatst om zich daarvan te weren. Dit doet hij middels het verrichten van de geboden en het verlaten van de verboden.

De taqwaa is dus één van de sleutels, deuren en redenen voor de kennis.

Vandaar dat Allaah 3azza wa-Djallzegt:

﴿يَا أَيُّهَا الَّذِينَ آَمَنُوا إِنْ تَتَّقُوا اللَّهَ يَجْعَلْ لَكُمْ فُرْقَانًا……﴾ (الأنفال: 29)

“O jullie die geloven, indien jullie taqwaa hebben jegens Allaah, zal Hij jullie een furqaan10 geven…” (Aayah: 8/29).

Furqaan is hetgeen waarmee men tussen het juiste en het valse, het goede en het slechte en de leiding en de dwaling kan onderscheiden.

En het belangrijkste wat daaronder valt is dus de kennis.

2.Niet wijken van de zijde van de geleerden:

De aanwezigheid bij de geleerden is namelijk het veilige pad dat de student veilig naar zijn doel leidt. Hiermee wordt hij ook behoed van wat hij mogelijk niet had kunnen begrijpen en of wat hij mogelijk fout had kunnen begrijpen.

Daarenboven zou hij zich kunnen gedragen naar zijn gedraging en zou hij zijn goede eigenschappen kunnen overnemen.

9

De zaken waar de student van kennis voor moet uitkijken en zich ervan moet weren zijn:

Afgunst11:

Dat is het verafschuwen van hetgeen dat Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa een aantal van Zijn dienaren gegund heeft, waaronder de medestudenten en de vrienden van de student van kennis.

Vandaar dat de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam zegt: “Niemand onder jullie gelooft, totdat hij voor zijn broeder datgene liefheeft, wat hij voor zichzelf lief heeft aan goedheid.”

De medicijn van deze ziekte is dat de moslim naar dezelfde gunst als die van zijn broeder streeft, en tegelijkertijd het liefheeft dat die gunst voor zijn broeder behouden wordt, en dat hij zijn Heer bedankt voor al zijn situaties.

Spreken zonder kennis:

Het spreken zonder kennis in wereldse zaken wordt ten zeerste afgekeurd:

Zo laat de dokter zich niet (inhoudelijk) uit over het werk van de ingenieur…

En zo laat de bouwvakker zich niet (inhoudelijk) uit over het werk van de leraar…

En zo laat de kok zich niet (inhoudelijk) uit over het werk van de boer…

Enzovoorts…

Hoe zit het dan wanneer het situaties betreft die met de godsdienstige wetenschappen te maken hebben?!

Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa zegt:

﴿ وَلَا تَقُولُوا لِمَا تَصِفُ أَلْسِنَتُكُمُ الْكَذِبَ هَذَا حَلَالٌ وَهَذَا حَرَامٌ لِتَفْتَرُوا عَلَى اللَّهِ الْكَذِبَ إِنَّ الَّذِينَ يَفْتَرُونَ عَلَى اللَّهِ الْكَذِبَ لَا يُفْلِحُونَ﴾ (النحل: 116)

“En zegt niet door de leugen die jullie tongen beschrijven: “Dit is toegestaan en dat is verboden,” om over Allaah een leugen te verzinnen. Voorwaar, degenen die over Allaah de leugen verzinnen zullen niet welslagen.”
(Aayah: 16/116).

Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa zegt:

﴿وَلَا تَقْفُ مَا لَيْسَ لَكَ بِهِ عِلْمٌ ……﴾ (االإسراء: 36)

“En volg niet dat waarover je geen kennis hebt…”(Aayah: 17/36).

Toen Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa in al-Qur’aan al-Kariem de zedeloosheden heeft genoemd om daarvoor te waarschuwen, heeft Hij ook daaronder het volgende genoemd:

﴿ إِنَّمَا يَأْمُرُكُمْ بِالسُّوءِ وَالْفَحْشَاءِ وَأَنْ تَقُولُوا عَلَى اللَّهِ مَا لَا تَعْلَمُونَ﴾ (البقرة: 169)

“Voorwaar, hij roept jullie op tot het kwade en zedeloosheid en (wil) dat jullie over Allaah zeggen wat jullie niet weten.”
(Aayah: 2/169).

Hoogmoed: Dat is een zeer slechte en lage eigenschap, die zich in de zwakke ziel bevindt, omdat de shaytaan de eigenaar ervan influistert dat ze middels hoogmoed groot zal worden, terwijl het in werkelijkheid keer op keer verkleind en verlaagd wordt!!

De Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallam zegt: “Hoogmoed is de afwijzer van de waarheid, en het kleineren van de mensen.”

En wegens de hoogmoed is Iblies één van de vervloekten geworden, zoals Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa zegt:

﴿… إِلَّا إِبْلِيسَ أَبَى وَاسْتَكْبَرَ وَكَانَ مِنَ الْكَافِرِينَ…﴾ (البقرة: 34)

“…behalve Iblies (de shaytaan). Hij weigerde en was hooghartig en hij werd één van de ongelovigen.”
(Aayah: 2/34).

10

En de gelukkige onder de studenten van kennis is degene die zich siert middels nobele gedragingen en goede eigenschappen, en zich verre houdt van slechte en bedorven daden…

En dat hij zich stevig vasthoudt aan zuivere intentie, de Sunnah en het praktiseren van zijn kennis…

Moge Allaah ons van kennis voorzien, en ons leiden tot het praktiseren ervan, en ons sieren met goed gedrag.


  1. Sommige geleerden zeiden: “kennis is te duidelijk om het te omschrijven” []
  2. “Overvloedig”: ruime hoeveelheid. []
  3. “Fortuin”: geluk, voorspoed. []
  4. “Al-3ilm” Blz.: 14, het boek van onze eerbare leermeester shaykh Muhammad ibn Saalih al-3uthaymien moge Allaah barmhartig met hem zijn. []
  5. Hiermee wordt bedoeld: de daden worden óók naar intenties beoordeeld. []
  6. Dat zijn de daden van de bedevaart (de pilaren, verplichtingen en aanbevolen daden). []
  7. “Ontzag”: eerbiedige vrees. []
  8. “Moraliteit”: ethiek, gedrag en omgang met mensen. De praktische wijsbegeerte die zich bezighoudt met wat goed en kwaad is. []
  9. “Ethieken” betekent: gedragsnormen. []
  10. “Furqaan” betekent: onderscheidingsvermogen. []
  11. “afgunst” betekent: gevoel van leed of spijt over het goede dat een ander gegund is en dat men hem niet gunt en of hoopt dat hem die gunst ontnomen wordt. []

Categorieën