Een huis voor Allaah

Kinderparadijs, Verhaaltjes

 

“Ik ga een groots huis bouwen,” zei de dikke meneer haastig. “Ik ga het grootste en mooiste huis bouwen van de hele wereld. Let jij maar eens op!”
“Ik wil een stevig huis bouwen, Dirk. Het kan me niet schelen hoe lang ik daar over doe,” zei de lange meneer rustig.
“Jaap,” riep dikke Dirk angstig. “Er komt een flinke storm dus moet je wel snel zijn.” Een flinke windvlaag bezorgde de twee mannen dik kippenvel.
“Bah, straks gaat het nog regenen ook,” mopperde Dirk. “De ochtend begint al weer lekker.”

Beide mannen wilden graag een stevig en veilig huis bouwen voor hun vrouw en kinderen. Ze hadden wel tentjes, maar die waren niet zo sterk. Elke keer als er dan storm was dan gingen de tentjes plat. Iedereen was dan nat en doorweekt. Al het eten voor een hele week spoelde zo de berg af het dal in. Daar moest dan toch echt een eind aan komen.

“Eh wat ga jij nou doen, Jaap,” vroeg dikke Dirk onzeker.
“Ik,” vroeg lange Jaap verbaasd. Hij was het niet gewend dat mensen hem iets vroegen. “Ik ga eerst naar de moskee en vragen of Allaah het werk wat ik ga doen wil zegenen.”
“Bah,” zegt dikke Dirk. “Ik bouw het huis en dan draag ik het hele huis op aan Allaah. Dat is veel beter. En wat ga je daarna doen?”
“Daarna ga ik naar de meest ervaren timmerman in de stad en hem vraag ik om raad.”
“Ha,” snuift dikke Dirk afwijzend. “Ik ga ALLE timmermannen om raad vragen. Dan mis ik niets!”

Lange Jaap liep rustig naar de wijze timmerman toe, terwijl dikke Dirk zich rot rende om iedere timmerman in de stad te kunnen spreken. Lange Jaap zag dikke Dirk in de verte al aankomen wanneer hij bij de wijze timmerman aankomt. Dikke Dirk was helemaal bezweet en hijgend brulde hij, “Ik ga eerst, ik ga eerst,” en draafde op de wijze timmerman af.

“OKÉ, wijze uil. Hoe maak ik het beste huis in de wereld.”
De wijze timmerman antwoordde langzaam, “Begin bij het begin. Begin onderaan. Zorg dat je met beide benen op de grond staat.”
“Ja en? Verder,” riep dikke Dirk gehaast. “Kom op man, praat eens wat sneller. Ik wil het vandaag nog weten!”
Weer antwoordde de wijze timmerman met, “Begin bij het begin. Begin onderaan. Zorg dat je met beide benen op de grond staat.”
“Nou eh,” brult dikke Dirk spottend, “volgens mij ben je niet helemaal lekker. Met beide benen op de grond staan. Pfff. Denk je soms dat ik huppelend een huis ga bouwen ofzo.” En boos loopt hij weg, terug naar huis – of waar eigenlijk zijn huis gebouwd moet worden.

Lange Jaap schudde met zijn hoofd, “Vergeef mijn vriend. Hij is nogal ongeduldig.”
De wijze timmerman glimlachte slechts en zei verder niets.

“Ik wil, insha Allaah (als God het wil), een veilig en droog onderkomen bieden voor mijn gezin, maar ik heb niet de kennis hoe ik het moet bouwen,” zei lange Jaap rustig.
De timmerman vertelde hem hetzelfde als wat hij dikke Dirk vertelde. Lange Jaap bleef wel geduldig luisteren.
“Wijze timmerman, je hebt veel te vertellen en ik zal geduldig luisteren.”
“Ik zal je stap voor stap uitleggen hoe je je huis kunt bouwen. Ga er maar goed voor zitten want dit kan wel even duren,” zei de wijze timmerman met een warme glimlach.
“Ik hang aan je lippen. Vertel asjeblieft nog meer.” Dan ziet hij ineens de lange schaduwen. “Och heden, het is bijna tijd om te eten. Ik moet naar huis. Tenminste, ik moet naar de plaats waar ik nog het huis moet bouwen,” zegt lange Jaap terwijl hij naar de horizon kijkt. Vlug gaat hij terug naar de berg om een goed huis te bouwen.

Op de heuvel zijn dikke Dirk en lange Jaap begonnen met het bouwen van hun huizen. Dikke Dirk begon in een sneltreinvaart te bouwen. Alles wat de timmerlieden vertelden probeerde hij ook meteen uit.
“Oh dit gaat niet goed,” jammerde dikke Dirk. “Ik wil het snel en goed doen, maar er zitten nog gaten tussen het hout. De muren staan scheef en de grond is ook nog ongelijk.” Toch gaat hij dapper verder. “Ik moet de mensen laten zien dat ik het kan, anders ben ik niets! De gaten en kieren kan ik altijd wel dicht gooien met verf. Ha! Wat ben ik toch slim!”

Lange Jaap haalde eerst een paar keer diep adem, dankte Allaah en begon rustig met bouwen. Hij begon netjes bij het begin en deed precies wat de wijze timmerman hem vertelde. Alles wat hij deed droeg hij op aan Allaah, uit dank voor al de zegeningen die hij ontving. De mensen uit het dorp blij maken dat kon hij toch niet, die wisten zelf niet wat ze wilden.

“Ha,” schreeuwt dikke Dirk. “Nu komt het leuke werk. Kledderen met verf,” en liet zo een hele emmer verf over het dak leeglopen. “Nou, dat kan veel sneller,” zei hij ongeduldig. “Hup, nog een paar emmers over het dak heen.” Het leek wel een zee van verf wat naar beneden kwam. “Kijk toch eens, alle gaten en kieren zitten nu dicht. Ben ik niet geweldig,” brult hij van de daken terwijl hij zichzelf op de borst klopt.

“Nou, zo is het wel leuk, maar het wordt wel een zooitje,” sprak lange Jaap wat bezorgt. “Ik doe het liever rustig aan en laat de kwast het werk doen,” en plakte een aantal kwasten aan elkaar waardoor hij een hele grote kwast kreeg. Rustig aan zette hij het hele huis in de verf. “Verven en schuren, buurman. Dat geeft een goed resultaat.” Verven en schuren. Dat deed hij een paar keer. “En dan nog even afwerken met een kwast en klaar,” zegt hij heel tevreden. “Bedankt Allaah, U bent Geweldig” riep lange Jaap met een brede glimlach.

De huizen waren eindelijk gebouwd, maar lange Jaap deed er bijna vijf keer langer over dan dikke Dirk. Beide huizen leken erg veel op elkaar en ze zagen er zo van een afstand erg goed uit. Iedereen was dolblij en ze trokken gelijk het huis in. Het huis van dikke Dirk was de hele dag gevuld met klachten van de vrouw en kinderen. Het huis van lange Jaap was de hele dag gevuld met het bedanken van Allaah.

Die nacht was er een hevige storm. Het eerste uur was er niets aan de hand en beide huizen stonden met beide benen op de grond. Daarna begon het huis van dikke Dirk te scheuren. Eerst kleine scheuren en wanneer de wind harder tegen de muren aan blies kwamen er hele grote scheuren in. Hele planken met grote stroken gedroogde verf werden van het huis afgerukt. Toen de wind eindelijk de deur vond kwam hij eens binnen kijken en nam het hele huis maar mee. Weg was het nieuwe huis. Dikke Dirk, vrouw en kinderen stonden te bibberen van de kou. Regen kwam met bakken naar beneden. Ze waren tot op hun hemd kletsnat. Gelukkig deed lange Jaap zijn deur open zodat ze konden schuilen voor de storm. Ze waren maar al te blij met dit aanbod en liepen naar binnen terwijl ze Allaah bedankten.

Het opbouwen van je geloof is net als het bouwen van een huis. Richt je naar de bron (Koran) en naar de overleveringen van de Profeet. Als je je geloof wilt opbouwen, praat dan met de grootste Bouwmeester die er is. Allaah. Wees niet zoals dikke Dirk en vraag iedereen om raad. Dit brengt alleen maar verwarring. Lees de Koran en lees over Mohammed (vrede zij met hem), de Profeet. Doe het stap voor stap. Rustig aan. Neem de tijd. Richt je op Allaah en dank Hem voor alles en je zult zien dat het beter gaat. Als je Allaah om hulp vraagt voordat je aan iets begint, dan zul je zien dat het ook beter gaat. Allaah vindt het geweldig als je Hem om hulp vraagt en Hij zal je altijd helpen. Hoe vaak je ook blijft vragen. Doen hoor! Allaah is geduldig!

Categorieën