Hadieth 103
وَعَنْ أَبِي هُرَيْرَةَ رضي الله عنه «-فِي قِصَّةِ ثُمَامَةَ بْنِ أُثَالٍ، عِنْدَمَا أَسْلَم- وَأَمَرَهُ اَلنَّبِيُّ صلى الله عليه وسلم أَنْ يَغْتَسِلَ». رَوَاهُ عَبْدُ اَلرَّزَّاق وَأَصْلُهُ مُتَّفَقٌ عَلَيْه.
Aboe Hurayrah radiya-llaahu 3anhu heeft–in het verhaal van de bekering van Thumaamah ibn Uthaal tot de Islaam- verhaald: “Vervolgens beval de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam hem de ghusl (grote wassing) te verrichten.”[1]
Bewijsstukken:
– Qays ibn 3aasim radiya-llaahu 3anhu heeft verhaald, hij zei: “Ik kwam naar de Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallam om de Islaam binnen te treden. Hij beval mij met water en sidr de ghusl te verrichten.”[2]
Uitleg:
– ‘Sidr’ is een soort doorn.
Oordelen:
– Deze hadieth bewijst dat wanneer een ongelovige de Islaam binnentreedt, hij verplicht is de ghusl de verrichten. Dat bewijst ook de hadieth van Qays ibn 3aasim.
– De manier van deze ghusl is dezelfde als die van de andere soort ghusl. Er is namelijk geen specificatie betreffende deze soort ghusl.
[1] Sahieh, deze hadieth is overgeleverd door imaam 3abdu-Rrazzaaq a-Ssan3aanie in zijn boek: ‘al-Musannaf’. De oorsprong van deze hadieth is overgeleverd en sahieh verklaard door imaam al-Bukhaarie en imaam Muslim.
[2] Sahieh, deze hadieth is overgeleverd door imaam aboe Daawoed en is sahieh verklaard door imaam al-Albaanie.