Buraydah al-Aslamie radiya-llaahu 3anhu heeft verhaald, hij zei: “Op de maandag werd naar de Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallam geopenbaard, en op de dinsdag bad 3alie.”1
3afief al-Kindie radiya-llaahu 3anhu heeft verhaald, hij zei: “Ik was een handelaar, en kwam voor al-Hadj. Ik ging naar al-3abbaas ibn 3abdu-l-Muttalib om wat handelswaar van hem te kopen, hij was (ook) een handelaar. Bij Allaah, voorzeker, ik was bij hem in Minaa toen een man uit een tent trad die dicht bij hem was, en naar de zon keek. Toen hij haar zag ondergaan, stond hij op om te bidden. Vervolgens trad er een vrouw uit die tent waar die man uit trad, en ging achter hem staan en bidden. Vervolgens trad er een jongen die tegen de pubertijd aan was uit die tent, en ging met hem bidden.
Ik zei tegen al-3abbaas: “O 3abbaas, wat is dat?” Hij zei: “Dit is Muhammed, de zoon van mijn broertje 3abdu-llaah ibn 3abdu-l-Muttalib.” Ik zei: “Wie is die vrouw?” Hij zei: “Dit is zijn echtgenote Khadiedjah bint Khuwaylid.” Ik zei: “Wie is deze jongen?” Hij zei: “Dit is 3alie ibn abie Taalib, de zoon van zijn oom2.” Ik zei: “Wat is datgene wat hij doet?” Hij zei: “Hij bidt, en hij beweert dat hij een profeet is, echter heeft niemand hem in zijn zaak gevolgd, behalve zijn echtgenote en de zoon van zijn oom, en hij beweert dat de schatten van Kisraa3 en Qaysar4 voor hem geopend5 zullen worden.”
3afief, hij is de zoon van de oom van al-Ash3ath ibn Qays, en is naderhand een goede moslim geworden, zei: “Had Allaah Subhaanahu Wa-Ta3aalaa mij maar in die tijd van al-Islaam voorzien, dan was ik als tweede na 3alie ibn abie Taalib.”6
3abdu-llaah ibn 3abbaas radiya-llaahu 3anhumaa heeft verhaald, hij zei: “De eerste die na Khadiedjah met de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam heeft gebeden, is 3alie.”7
Salmaan radiya-llaahu 3anhu heeft verhaald, hij zei: “De eerste onder deze gemeenschap die tot haar Profeet naderde, is de eerste onder haar die moslim is geworden: 3alie ibn abie Taalib.”8
Zayd ibn Arqam radiya-llaahu 3anhumaa heeft verhaald, hij zei: “De eerste die met de Boodschapper van Allaah gebeden heeft -en in een andere versie: [moslim is geworden]- is 3alie.”9
Aboe Ddardaa’ radiya-llaahu 3anhu heeft verhaald in het verhaal over hetgeen wat tussen aboe Bakr en 3umar aan ruzie is geweest, hij zei: “De Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallam zei: “Voorzeker, Allaah heeft mij naar jullie gestuurd, en jullie zeiden: “Je liegt”, en aboe Bakr zei: “Je spreekt de waarheid”, en hij heeft mij gesteund met zichzelf en zijn bezittingen. Willen jullie voor mij mijn metgezel met rust laten?”10
3ammaar radiya-llaahu 3anhu heeft verhaald, hij zei: “Ik zag de Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallam, terwijl met hem slechts vijf slaven waren, en twee vrouwen, en aboe Bakr.” In deze hadieth komt voor dat aboe Bakr de allereerste is die moslim is geworden onder de vrijen.11
Ook is dit de uitspraak van ibn 3abbaas, Ibraahiem a-Nnukha3ay, Muhammed ibn Ka3b, Muhammed ibn Sirien en Sa3d ibn Ibraahiem. Tevens is dit hetgeen wat bekend is onder de meeste van ahlu-ssunnah.12
Er is geen tegenstrijdigheid betreffende het voorgaande “Aboe Bakr is namelijk de eerste die moslim is geworden onder de mannen, en 3alie is de eerste die moslim is geworden onder de kinderen, en Khadiedjah is de eerste die moslim is geworden onder de vrouwen, en Zayd ibn Haarithah is de eerste die moslim is geworden onder de slaven.” Dit is de uitspraak van imaam aboe Haniefah radiya-llaahu 3anhu.13
Wat betreft de slaven die in de hadieth van 3ammaar radiya-llaahu 3anhu genoemd zijn, zijn: Bilaal ibn Rabaah, Zayd ibn Haarithah, 3aamir ibn Fuhayrah de slaaf van aboe Bakr, hij is namelijk vroeg, tegelijk met aboe Bakr moslim geworden, aboe Fukayhah de slaaf van Safwaan ibn Umayyah en Shaqraan de slaaf van de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam. En de twee vrouwen zijn: Khadiedjah en umm Ayman of Sumayyah.14
En een van de eersten onder degenen die in de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam geloofden, was de metgezel 3amr ibn 3absah radiya-llaahu 3anhu.
3amr ibn 3absah radiya-llaahu 3anhu heeft verhaald, hij zei: “Ik vroeg de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam: “O Boodschapper van Allaah, wie is met jou in deze zaak?” Hij zei: “Slaven en vrijen.” In die tijd waren aboe Bakr en Bilaal met hem. Vervolgens zei hij tegen hem: “Keer terug naar je volk, totdat Allaah Subhaanahu Wa-Ta3aalaa Zijn Boodschapper van macht voorziet.” 3amr ibn 3absah radiya-llaahu 3anhu zei: “Ik zag dat ik de vierde van de Islaam was.”15
- Deze hadieth is overgeleverd door imaam al-Haakim. [↩]
- Oom van zijn vaderskant. [↩]
- Kisraa is de Arabische benaming van de Perzische keizer. [↩]
- Qaysar is de Arabische benaming van de Romeinse keizer. [↩]
- ‘Geopend’: hiermee wordt bedoeld dat de bezittingen van die keizers en hetgeen waarover zij heersen, zullen vallen onder zijn bezit. [↩]
- Deze hadieth is overgeleverd door imaam Ahmad, imaam al-Haakim, imaam ibn Sa3d, imaam al-Baghawie, imaam a-Ttabarie in zijn geschiedenisboek, imaam aboe Ya3laa, imaam al-Bukhaarie in zijn boek: “a-Ttaariekh al-Kabier” en imaam ibn 3abdu-l-Barr. [↩]
- Deze hadieth is overgeleverd door imaam a-Ttirmidhie, imaam a-Ttayaalisie en imaam Ahmad. [↩]
- Deze hadieth is overgeleverd door imaam a-Ttabaraanie en imaam al-Haakim. [↩]
- Deze hadieth is overgeleverd door imaam a-Ttirmidhie, imaam Ahmad, imaam a-Ttayaalisie en imaam al-Haakim. [↩]
- Deze hadieth is overgeleverd door imaam al-Bukhaarie. [↩]
- Deze hadieth is overgeleverd door imaam al-Bukhaarie. [↩]
- Deze informatie is gehaald uit het boek a-Ssierah a-Nnabawiyyah van imaam ibn Kathier, en het boek Fath al-Baarie van imaam ibn Hadjar al-3asqalaanie. [↩]
- Deze informatie is gehaald uit het boek a-Ssierah a-Nnabawiyyah van imaam ibn Kathier, en overgeleverd door imaam a-Ttirmidhie. [↩]
- Deze informatie is gehaald uit het boek Fath al-Baarie van imaam ibn Hadjar al-3asqalaanie. [↩]
- Deze hadieth is overgeleverd door imaam Muslim en imaam Ahmad. [↩]