DE BEDEVAART (HADJ)
(EEN KORTE TOELICHTING)
De Boodschapper van Allaah salla-llaahu 3alayhi wa-sallam zei: “Alles tussen twee 3umrah’s wordt kwijt gescholden (de zonden).En wat betreft de gezegende Hadj ; daar is geen beloning voor, behalve het betreden van het Paradijs” [Overgeleverd door a-Ttirmidhie en a-Nnasaa’ie en anderen]
De Islaam is gebouwd op vijf belangrijke zuilen waarvan de bedevaart een ervan is, zoals vermeld staat in de hadith van ibn 3umar radiya-llaahu 3anhumaa, overgeleverd door al-Bukhaarie en Muslim:
De Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam, zei: “De Islaam is gebouwd op vijf zuilen: De getuigenis dat er geen God is dan Allaah en dat Moehammad de boodschapper van Allaah is, het verrichten van het gebed, het geven van zakaat, de bedevaart naar het Huis verrichten, en het vasten van Ramadan.”
In deze lezing wil ik aandacht besteden aan dit onderwerp aangezien de tijd voor de bedevaart aangebroken is. Het zal ook een beknopt samengevat deel zijn van mijn andere lezing met wat toevoegingen daarbij.
Definitie Hadj (bedevaart)
Hadj betekent letterlijk het zich begeven naar een ding voor een bezoek en in de terminologie van de wet het zich begeven naar Baytu-llaah (het huis van Allaah) om de vereiste godsdienstoefeningen in acht te nemen.
Voor wie is de bedevaart verplicht?
De bedevaart is voor de volgende personen verplicht:
– Hij of zij moet een moslim zijn.
– Hij of zij moet de puberteit hebben bereikt.
– Hij of zij moet bij verstand zijn.
– Hij of zij moet vrij zijn (dus geen slaaf).
– Hij of zij moet in staat zijn deze reis te ondernemen (financieel en lichamelijk).
– Elke vrouw hoort in gezelschap van een mahram te zijn. (Een mahram kan een echtgenoot, zoon, broer, vader, oom of grootvader zijn)
Als een kind die de puberteit nog niet heeft bereikt de bedevaart verricht, dan is deze bedevaart juist. Maar zodra hij de puberteit heeft bereikt, vervalt de vorige bedevaart en is hij verplicht opnieuw de Hadj te verrichten als hij in staat is.
Wanneer de bedevaart voor het eerst werd ingesteld:
Voor de komst van de Islaam bestond de Hadj al. De bedevaart was toen een overblijfsel uit de tijd van Ibraahiem salla-llaahu 3alayhi wa-sallam. In de Ka3bah zaten toentertijd meer dan 370 afgodsbeelden en het was ook geoorloofd voor de pelgrims om naakt rond de Ka3bah te gaan. Daarnaast was het de gewoonte van de pelgrims uit Mekkah dat ze de wuqoef (het zich ophouden) in 3arafah niet deden.
In de eerste twee jaar na de emigratie was de bedevaart al een erkende instelling in de Islaam. In hoofdstuk 2 van de Qur’aan (Soerah al-Baqarah) staan de voorschriften omtrent de Hadj. De grootste veranderingen die de Islaam teweeg heeft gebracht zijn: het verbod om naakt de rondgang om de Ka3bah te doen; het verwijderen van de afgodsbeelden; de wuqoef in 3arafah verplicht stellen, ook voor de mensen uit Mekkah.
Doel van hadj
Bij de Hadj moet de gelovige het leven van een asceet leiden. Naast van zijn of haar werk af te zien, moet hij of zij bovendien van alle geneugten van de wereld afzien. Tijdens de Hadj zijn alle mensen gelijk, iedereen heeft dezelfde kleding aan zodat er niets overblijft van rangen of standen. Tijdens de bedevaart wordt de gelovige geleerd hoe op een en dezelfde wijze te leven, hoe op een en dezelfde wijze te handelen en hoe op een en dezelfde wijze te voelen. Opvallend aan de Hadj is de eenheid. Dieper dan dat ligt de hogere geestelijke belevenis; de belevenis van al nader en nader tot God te komen. Ieder lid van deze samenkomst maakt zich van alle gerieflijkheden van het leven los. Doel van de Hadj is dus om alle aandacht op God te concentreren, niet in eenzaamheid, maar in gezelschap van anderen.
Het ervaren van deze belevenis in groepsverband zorgt voor een verhoogde kracht van de geestelijke belevenis. Daarbij komt nog de uitwerking van hun uiterlijke eenheid, allen in dezelfde twee doeken gestoken en het uitroepen van “Labbayka Allaahuma labbayk” (Hier zijn wij, oh Allaah, hier zijn wij in Uw verheven aanwezigheid).
Beloning van Hadj
In Sahieh al-Bukhari en Muslim is overgeleverd door aboe Hurayrah radiya-llaahu 3anhu, dat de gezant van Allaah, salla-llaahu 3alayhi wa-sallam, zei: “Alles tussen twee 3umrah’s wordt kwijtgescholden (de zonden). En wat betreft de gezegende Hadj; daar is geen beloning voor, behalve het betreden van het Paradijs.”
Eveneens overgeleverd door aboe Hurayrah radiya-llaahu 3anhu, zei: Ik heb de profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam horen zeggen: “Wie de bedevaart verricht omwille van Allaah de Verhevene, en zich afhoudt van amoureuze gesprekken en geslachtsgemeenschap, geen zondes begaat; keert terug als de dag waarop zijn moeder hem heeft gebaard (vrij van zondes).”
Het verhaal van Zemzem, Safaa en Marwah en 3iedu-l-Ad–haa
Ibraahiem kreeg de openbaring van Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa om zijn tweede vrouw Haadjar en zijn zoontje Ismaa3iel naar Mekka te brengen. Hij bracht zijn vrouw toen naar een afgelegen plek (Mekkah) waar geen water was, waarna hij vervolgens terug moest keren naar Palestina. Hij richtte zich toen tot de Ka3bah en bad tot zijn Heer:
“Onze Heer, voorwaar, ik heb mijn kinderen laten wonen in een onbegroeide vallei bij Uw gewijde huis (de Ka3bah). Onze Heer, (ik liet hen achter) zodat zij de Salaah zullen onderhouden. Laat daarom de harten van de mensen tot hun neigen en voorzie hen van vruchten, opdat zij dankbaar zullen zijn. (Aayah: 14/37).
Haadjar bleef in Mekkah en at van het voedsel en dronk het water dat Ibraahiem voor haar en haar zoon had achtergelaten. Toen dat opraakte, begonnen zij en haar zoon dorst te krijgen. Ze zocht naar water en beklom de heuvel van Safaa maar zag niets. Daarna beklom ze de heuvel van al-Marwah maar ze zag niets. Ze deed dat zeven keer en na de zevende keer verscheen er een engel die het water van Zemzem uit de bodem deed voortkomen. Ze verheugde zich en dronk er wat van en gaf haar zoon er wat van te drinken.
Dit is het verhaal van de bron Zemzem en het lopen tussen Safaa en Marwah. Het is aanbevelenswaardig om na de twee raka3aat achter de Maqaam Ibraahiem te drinken van deze gezegende bron. In de hadiethverzameling van Sahieh Muslim staat dat onze Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam over het water van Zemzem heeft gezegd: “Het is voedzaam eten.” Aboe Daawoed heeft opgeschreven dat hij daarbij heeft gezegd: “En er is genezing voor ziekten in Zemzem water.”
Het verhaal achter het offeren van een slachtdier vindt zijn oorsprong ten tijde van de Profeet Ibraahiem 3alayhi-ssalaam. Hij zag in een droom dat Allaah subhaanahu wa-ta3aalaa hem opdroeg om zijn zoon Ismaa3iel te offeren. Ibraahiem 3alayhi-ssalaam besloot het bevel van Allaah te gehoorzamen, hoewel hij oud was en Ismaa3iel zijn enige zoon was. Allaah de Verhevene zegt daarover:
“Toen zij zich (aan Allaah) hadden overgegeven en hij hem op zijn slaap had gelegd (om te offeren). Toen riepen Wij tot hem: “Oh Ibraahiem, waarlijk, jij hebt de droom in waarheid vervuld. Voorwaar, zo belonen wij de weldoeners. Voorwaar, dat is zeker de duidelijke beproeving. En Wij gaven hem ter vervanging een geweldig offerdier. (Aayah: 37/103-107).
3arafah
Tijdens de bedevaart van de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam gaf hij op deze vlakte zijn afscheidsrede. In deze rede heeft hij de belangrijkste regels van de Islaam uiteengezet. Een van de verboden die hij op die dag heeft gesteld, is het algehele verbod op rente (riba). Hij heeft tevens de mensen opgeroepen om de vrouw goed te behandelen. Hij vertelde ook dat hij de Qur’aan en de Sunnah achter zou laten en heeft de moslims geadviseerd om zich daar aan vast te houden en het niet los te laten. Op het einde van zijn rede vroeg hij de mensen om te getuigen dat hij alles heeft gezegd en overgeleverd wat Allaah hem heeft gezegd. Ze reageerden hier allen op door te roepen dat hij zijn plichten heeft vervuld. De volledige hadieth is terug te vinden in Sahieh Muslim, volume 2, nm.886.
Na zijn afscheidsrede keerde de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam terug naar Medienah en enkele maanden hierna overleed de Profeet salla-llaahu 3alayhi wa-sallam op 63-jarige leeftijd.
Door broeder Aboe Jouairiya.